Zijn de Bevrijdingsfestivals in huidige vorm nog toekomstbestendig?

Waar iedereen rond 5 mei graag roept dat vrijheid niet vanzelfsprekend is en een prijs kent, was Groningen vorig jaar te klein toen bleek dat het Bevrijdingsfestival aldaar voor het eerst in zijn geschiedenis ook een prijs kende: een symbolische bijdrage van vijf euro.

De proef kwam de organisatie van Bevrijdingsfestival Groningen op bakken kritiek te staan: verwijten van uitsluiting tot zelfverrijking vlogen festivaldirecteur Ebel Jan van Dijk om de oren. Terwijl zijn initiatief  – met steun van alle betrokken partners – juist bedoeld was om het feest ook voor de toekomst zeker te stellen. De storm van kritiek is inmiddels uitgeraasd. Maar het onderliggend probleem  – het ongezonde financieringsmodel van de Bevrijdingsfestivals – is niet verdwenen. Sterker nog, … het hangt nu al als een donkere wolk boven de volgende editie.

Stichting
“Het succes van een Bevrijdingsfestival hangt onder meer af van het weer, de line-up en de dag waarop 5 mei valt”, licht Van Dijk toe. “Het kan dus zijn dat het heel druk wordt. Maar het kan ook zijn dat de bezoekers massaal wegblijven. Voor een evenement met een begroting van 1,3 miljoen en een beperkte subsidie brengt deze grote onvoorspelbare factor risico’s met zich mee. Onze stichting Vier 5 mei kent bovendien geen winstoogmerk. We mogen dus geen winst maken, maar wel verlies. Dat is een moeilijk uitgangspunt om een kwalitatief hoogstaand festival te organiseren waar 80.000 bezoekers op af kunnen komen. Maar ook de helft daarvan.”

Kortom, de organisatie is uiterst kwetsbaar. Als het regent, komt er geen hond naar een gratis festival. “Terwijl een festival als Lowlands bijvoorbeeld, waar een kaartje €260,- kost, ook bij noodweer vol staat. Dan trekt iedereen met liefde een poncho aan om de regen te trotseren”, schetst Van Dijk het probleem. “De Bevrijdingsfestivals zijn wat dat betreft al jaren een soort loterij waarvan je hoopt dat alles goed valt. Als de omstandigheden ideaal zijn, kunnen wij aan het einde van de dag zeggen: we hebben het weer gered. In dat soort jaren zijn we uit de kosten en hebben we een klein buffertje voor het jaar erna. Maar vaak is dat niet zo.”

Live
Deze onzekerheid geldt al vele jaren voor alle Bevrijdingsfestivals in het land. Afgelopen jaar kwam daar bovenop dat er voor het eerst sinds twee jaar corona weer een live event mocht worden georganiseerd. Door een sector waarin iedereen twee jaar niets verdiend had. Van Dijk: “Andere jaren kon je nog wel eens scherp onderhandelen over prijzen, en was iedereen ook wel bereid om vanwege het bijzondere thema – het vieren van de vrijheid – de organisaties daarin tegemoet te komen. Maar dit jaar had niemand die ruimte. En daarbij wilde ik dat ook aan niemand vragen. Iedereen in de evenementenbranche had de inkomsten gewoon keihard nodig. Tel daar de gestegen grondstoffen- en energieprijzen bij op en je weet: ook dit jaar wordt spannend.”

Transitie
Van Dijk en zijn team stonden voor de keuze: doorgaan op de oude voet met alle mogelijke gevolgen van dien, of het moment aangrijpen om te kijken hoe een transitie te maken naar een toekomstbestendige en stabielere financiering met meer zekerheden voor de organisatie. Zonder afbreuk te doen aan het hoogwaardige en laagdrempelige festival dat het moet zijn. “Wij hebben gekozen en zijn op zoek gegaan naar een gezonder evenwicht.”

Dat werd een inhoudelijk waardig, goed georganiseerd en sterk geprogrammeerd festival. En om de financiële risico’s beter af te dekken, besloot de organisatie in Groningen dus tot een entreeprijs van vijf euro. Maar ook 10.000 gratis kaartjes voor iedereen die dit bedrag niet kon betalen, en gratis toegang voor kinderen onder de 12.

Van Dijk: “Bij 50.000 bezoekers zouden we hiermee zo’n 250.000 euro aan gegarandeerde omzet zeker kunnen stellen waarmee we enerzijds artiesten en leveranciers kunnen betalen, en anderzijds het feest voor iedereen toegankelijk kunnen houden. Want laten we eerlijk zijn: wat voor een dagje uit kun je tegenwoordig nog hebben voor vijf euro? Door het vragen van entreegeld konden we bovendien de prijzen van drank, eten en parkeergeld laag houden.”

Publiek
De goed bedoelde proef, waaraan gemeente, provincie, Nationaal Comité 4 en 5 mei en alle belangrijke partners hun zegen hadden gegeven, werd echter slecht ontvangen door de media en een deel van het publiek. De kritiek ging Van Dijk en zijn medewerkers niet in de koude kleren zitten. Inmiddels heeft hij alles wel verwerkt.

Terugblikkend: “Ik neem mijzelf kwalijk dat ik niet in staat ben geweest om het publiek vooraf duidelijk te maken waarom we tot die keuze zijn gekomen. En dat ik onvoldoende heb aangevoeld hoe belangrijk de vrijblijvendheid van het festival voor veel mensen is; dat je er naartoe gaat als het je uitkomt alsof het een soort vrijmarkt op Koningsdag is. Aan de andere kant heb ik me ook in de steek gelaten gevoeld door alle partijen die hun steun aan dit initiatief hebben gegeven, maar zich in stilzwijgen hulden toen er kritiek op kwam.”

Budget
Toch staat Van Dijk nog steeds achter de keuze die hij gemaakt heeft. Of in elk geval achter de keuze om de financiering van het festival een stabielere basis te geven. “We hebben met elkaar bedacht dat 5 mei de dag is waarop we de vrijheid met elkaar vieren. De vorm die daarvoor is gekozen, is een Bevrijdingsfestival. Dat vinden wij ook nog steeds een goede keuze. Maar als we het met elkaar zo belangrijk vinden, moeten we ook met elkaar durven na te denken over het benodigde geld dat bij deze vorm hoort. Of over een andere vorm van vieren die beter past bij het beschikbare budget.

Inmiddels zijn we al weer druk bezig met de voorbereidingen voor het vieren van de vrijheid in Groningen in 2023. Daarbij liggen verschillende scenario’s op tafel. Inclusief de optie ‘geen festival’.”

Al zou Van Dijk dat heel erg vinden. “Ik denk zelf dat 5 mei een mooie dag is om te investeren in solidariteit en de verantwoordelijkheid die onze vrijheid met zich meebrengt. Een festival is een vrolijke en verbroederende vorm. Maar dan vind ik het belangrijk dat ook de organisatie zich vrij kan voelen om iets laagdrempeligs maar kwalitatief hoogstaands neer te zetten, zonder elk jaar weer het risico te lopen failliet te gaan en alle mensen die zich hebben ingezet voor dat festival met onbetaalde rekeningen achter te laten. We dragen jaar in jaar uit de boodschap uit dat vrijheid een prijs kent. Een festival waar iedereen bij die vrijheid stil kan staan, heeft dat ook.”


Dit artikel verscheen eerder in NC Magazine nr.22 (najaar 2022). Het artikel is geschreven door Timo Waarsenburg, de foto is van Niels Knelis.

Tooltip contents