Het monument
Vorm en materiaal
Het monument voor Titus Brandsma te Bolsward (gemeente Súdwest-Fryslân) is een borstbeeld, geplaatst op een zuil van zwart marmer. De zuil is 1 meter 50 hoog, 50 centimeter breed en 30 centimeter diep.
Tekst
De tekst op de zuil luidt:
‘TITUS BRANDSMA
1881 1942
OEGEKLEASTER DACHAU’.
De geschiedenis
Het monument voor Titus Brandsma in Bolsward is opgericht ter nagedachtenis aan deze pater uit het gehucht Hartwerd bij Bolsward, die op 26 juli 1942 in het Beierse concentratiekamp Dachau is omgekomen. Bij de oprichting van dit gedenkteken was het niet alleen de bedoeling om Titus Brandsma te eren als strijder van vooral het geestelijk verzet, maar ook om alles wat hij voor Friesland en de Friese taal en cultuur heeft gedaan.
Titus Brandsma (kloosternaam) werd als Anno Sjoerd Brandsma geboren op 23 februari 1881 in Oegeklooster bij Hartwerd op de boerderij van zijn ouders onder de rook van Bolsward.Van 1892 tot 1898 studeerde hij aan het gymnasium van het Minderbroederklooster St. Antonius van Padua in Megen, Noord-Brabant. Vervolgens trad hij in bij de karmelieten, waar hij de kloosternaam Titus aannam. In 1905 werd hij ingewijd tot priester. Een jaar later ging hij studeren aan de Pontificia Università Gregoriana in Rome, waar hij promoveerde tot doctor in de wijsbegeerte.
Terug in Nederland doceerde Titus Brandsma filosofie, sociologie en kerkgeschiedenis aan het studiehuis (Filosoficum) van de karmelieten in Oss. Hij werd ook hoofdredacteur van een nieuwsblad en stichtte een katholieke HBS en leeszaal, alle drie in diezelfde stad. Als lid van het hoofdbestuur van de orde speelde Titus een niet onbelangrijke rol bij de vernieuwingsbeweging onder de karmelieten in Nederland. In zijn hoedanigheid van geestelijk adviseur van de Nederlandsche Rooms-Katholieke Journalistenvereeniging had hij een groot aandeel in de modernisering van de katholieke dagbladpers in Nederland en in betere arbeidsvoorzieningen voor katholieke journalisten.
In 1923 werd Titus Brandsma benoemd tot hoogleraar aan de zojuist opgerichte Nijmeegse Universiteit. Hij doceerde daar wijsbegeerte en ‘geschiedenis van de vroomheid’, en met name de Nederlandse mystiek. In 1935 werd hij door de aartsbisschop van Utrecht benoemd tot geestelijk adviseur van de rooms-katholieke journalistenvereniging.
Al in een vroeg stadium waarschuwde Brandsma via publicaties in dag- en weekbladen en tijdens lezingen en colleges voor de gevaren van het opkomend nationaal-socialisme. Hij veroordeelde de anti-Joodse maatregelen van het Hitler-regime reeds voor de bezettingstijd. Zo was hij medio 1936 enige tijd lid van het door Nederlandse geleerden en kunstenaars opgericht Comité van Waakzaamheid tegen het nationaal-socialisme.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog kwam Brandsma als aalmoezenier van de Nederlandse Katholieke Dagbladpers al spoedig in conflict met de bezetter na het schrijven van richtlijnen voor de katholieke journalisten. De samenwerking met de Utrechtse aartsbisschop dr. Jan de Jong was zeer groot, aangezien deze twee grote katholieke voormannen op dezelfde golflengte zaten.
Toen de bezetter het verbod uitvaardigde om Joodse leerlingen op de scholen toe te laten, ging er direct een brief naar alle schoolbesturen met de mededeling dat de kerk geen onderscheid kende van geslacht, volk of ras. Op 18 december 1941 ging het bericht uit dat de rooms-katholieke kranten advertenties van de Nationaal Socialistische Beweging (NSB) moesten weigeren op principiële gronden.
Als gevolg van deze verzetsactivitetien arresteerde werd Brandsma op 19 januari 1942 gearresteerd door de Gestapo en overgebracht naar de Scheveningse strafgevangenis (wat als bijnaam ‘Oranjehotel’ had). Vervolgens belandde hij via kamp Amerfoort en de strafgevangenis Kleef in het Duitse concetratiekamp Dachau. Na enkele weken vol ontberingen en mishandelingen werd hij – levenslang behept met een wankele gezondheid – uitgeput en doodziek in het kamphospitaal opgenomen. Na wat medische experimenten maakte een kamparts op 26 juli 1942 met een dodelijke injectie daar een einde aan zijn leven.
Titus Brandsma werd in 1985 zalig verklaard door paus Johannes Paulus II. In de loop van de jaren zijn er in Bolsward, Brunssum, Dordrecht, Delft, Hengelo (Overijssel), Hoogeveen, Venlo en Oss scholen naar hem vernoemd. Eind 2005 werd Titus Brandsma door de bevolking uitgeroepen tot de Grootste Nijmegenaar aller tijden. In Nijmegen staat ook de Titus Brandsma Gedachteniskerk.
Onthulling
Het monument is onthuld op 26 mei 1967 door zuster Barbara Brandsma.
Oorlogsslachtoffers
Achternaam | Voornamen | Geboren | Overleden |
---|
De Oorlogsgravenstichting heeft een database met namen en verhalen van oorlogsslachtoffers. Veel van deze slachtoffers worden herdacht door middel van een monument. Wilt u ons helpen om de namen en verhalen van slachtoffers te koppelen aan het monument waarop hun naam vermeld staat? Kijk dan op de website van de Oorlogsgravenstichting, ziet u in de database een naam die ook voorkomt op dit monument? Maak dan een account aan en koppel de persoon uit de database aan dit monument. Enkele dagen na de koppeling verschijnt de naam van het slachtoffer op deze pagina.
Meer informatie
Locatie
Het monument is geplaatst in het plantsoen aan de Prof. dr. Titus Brandsmalaan te Bolsward (gemeente Súdwest-Fryslân) .
Bronnen
- Verzetsmuseum Friesland;
- Tekens aan de weg – Tekens aan de wand, Gedenktekens in Friesland ’40 – ’45 van C. Reitsma (1980);
- Sta een ogenblik stil… Monumentenboek 1940/1945 van Wim Ramaker en Ben van Bohemen. (Kampen, Uitgeversmaatschappij J.H. Kok Matrijs, 1980). ISBN 90 242 0185 3;
- Stichting Vriendenkring van oud-Dachauers;
- Wikipedia.