Naar overzicht
Naar overzicht
  • Het monument
  • Leg een bloem
  • Uw verhaal

Het monument

Vorm en materiaal
Het ‘Monument voor Gevallen Spoorwegpersoneel’ in Utrecht is een uit Franse kalksteen vervaardigde beeldengroep van vier figuren: twee mannen en twee vrouwen, waarvan één met kind. Het beeld is geplaatst op een zuilvormig voetstuk, bekleed met plantenmotieven. Op twee zijden van het voetstuk zijn bronzen gedenkplaten aangebracht. Het voetstuk is 4 meter hoog.

Tekst
De inscriptie op de voorzijde van het voetstuk is een gedicht van Hendrik de Vries:

‘AAN HEN DIE NIMMER BUKTEN.
‘T GEHEIM EN HECHT VERBOND
VAN WREKERS DER VERDRUKTEN
VOOR WIE GEEN RECHT BESTOND.
DER WEERLOOS WEGGERUKTEN
GEKWELDEN EN GESARDEN
WAAR ZOVEEL WACHTENSMOEDEN
IN ROUW EN VREES VERSTARDEN.
WAT SLAGEN OOK MISLUKTEN
WAT MAKKERS WREED VERBLOEDDEN.
ZIJ STREDEN EN VOLHARDDEN. 1940 – 1945
ONTHULD OP 17 SEPT. 1949, 5 JAAR NA
HET BEGIN VAN DE SPOORWEGSTAKING.
DIRECTIE EN PERSONEELRAAD.’

Op de gedenkplaten zijn de namen van 477 omgekomen spoorwegambtenaren aangebracht.

Symboliek
Het beeld is een symbolische voorstelling van het gemeenschappelijke verzet, ‘als een op hetzelfde doel gericht streven van verschillende mensengroepen’. Deze groepen worden verpersoonlijkt door vier figuren die elk een thema uitbeelden: het verzet, de moederzorg, de eendracht en de inkeer.

Een van de mannenfiguren heeft een loot van een omgehakte boom in zijn hand. Hiermee roeit hij met wortel en tak het kwaad uit. Links verwijst de vrouw met een kind op haar arm naar de moederzorg. Zij geeft uitdrukking aan de stille strijd die de vrouwen van de spoorwegmannen moedig hebben gestreden, toen zij met het vaderloze gezin achterbleven. Een jonge man die twee einden van een touw aan elkaar knoopt, symboliseert eendracht. Rechts een vrouw, die door haar gebogen houding en kleed uitdrukking geeft aan de rouw. Zij maant tot herinnering aan het leed en de zware offers die de bezettingstijd heeft geëist, en die voor de mensen een inspiratie tot zuiverder daden behoort te zijn.

De geschiedenis

Het ‘Monument voor Gevallen Spoorwegpersoneel’ in Utrecht is opgericht ter nagedachtenis aan alle spoorwegambtenaren die tijdens de bezettingsjaren door oorlogshandelingen zijn omgekomen. Een aantal van hen kwam om tijdens de spoorwegstaking van 1944.

In september 1944 kondigde de Nederlandse regering in Londen de algemene spoorwegstaking af. Op deze wijze werd geprobeerd het transport van oorlogstuig door de bezetter via het spoor te bemoeilijken. Alle personeelsleden van de Nederlandse Spoorwegen legden het werk neer en doken onder. De spoorwegstaking duurde van 18 september 1944 tot 8 mei 1945.

Onthulling
Het monument is onthuld op 17 september 1949 door Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Bernhard. Onder de autoriteiten die de plechtigheid bijwoonden, bevonden zich de minister van Verkeer en Waterstaat, de Commissaris van de Koningin in de provincie Utrecht, de burgemeester, de president van de Belgische Spoorwegen de heer F. Delory, de oud-president-directeur dr. Ir. W. Hupkes, de directie van de Nederlandse Spoorwegen, de Raad van Commissarissen, de chefs van dienst, de leden van de Personeelraad en de president der A.I.R.R. de heer Winand.

Nadat de aanwezigen plaats hadden genomen op de voor hen bestemde zetels, bracht het zangkoor van de Nederlandse Spoorwegen het Ecce quo modo moritur ten gehore. Daarna sprak de voorzitter van de gedenkteken-commissie, dr. F.F. de Bruijn, een woord van welkom en een woord van dank. Na de onthulling werden bij het monument kransen en bloemen gelegd.

Ir. Den Hollander (president van de Nederlandse Spoorwegen) omschreef de betekenis van het monument en herinnerde eraan ‘hoe vijf jaar gelden van Londen uit een bevel is gekomen, waaraan door het gehele spoorwegpersoneel is voldaan. Velen van hen hebben de strijd tegen de vijand aangebonden. Zij hebben daarbij niet gelet op materiële belangen, maar de ideële motieven gevolgd, die hen tot verzet opriepen. Zij hebben het hoogste gegeven, dat zij geven konden.’

‘Wij spoorwegmannen en -vrouwen hebben het niet nodig een monument op te richten, omdat allen die voor het vaderland gevallen zijn een plaats in ons hart hebben. Dit monument zal echter een getuigenis moeten afleggen van de eerbiedige hulde en dankbaarheid die ons vervullen jegens hen, die het hoogste goed, het leven, hebben gegeven. Het moet ons realiseren, dat hun offer ons een plicht oplegt. Spr. eindigt met de wens, dat de jeugd, als zij dit monument ziet, zal worden geïnspireerd hen te eren die voor de vrijheid zijn gevallen. En alle anderen zal het er aan herinneren, dat wij weer in een vrij land leven.’

Oorlogsslachtoffers

Achternaam Voornamen Geboren Overleden

De Oorlogsgravenstichting heeft een database met namen en verhalen van oorlogsslachtoffers. Veel van deze slachtoffers worden herdacht door middel van een monument. Wilt u ons helpen om de namen en verhalen van slachtoffers te koppelen aan het monument waarop hun naam vermeld staat? Kijk dan op de website van de Oorlogsgravenstichting, ziet u in de database een naam die ook voorkomt op dit monument? Maak dan een account aan en koppel de persoon uit de database aan dit monument. Enkele dagen na de koppeling verschijnt de naam van het slachtoffer op deze pagina.

Meer informatie

Locatie
Het monument is geplaatst aan de voorzijde van het derde Hoofdadministratiegebouw van de Nederlandse Spoorwegen, gelegen aan het Moreelsepark te Utrecht.

Bronnen

  • Nederlandse Spoorwegen;
  • Oorlogsmonumenten in de Provincie Utrecht, Ingrid van Beuzekom, Roland Blijdenstijn en Rob van Olderen. Stichtse Monumenten Reeks (Utrecht, Uitgeverij Matrijs, 1995). ISBN 90 5345 062 9;
  • Sta een ogenblik stil… Monumentenboek 1940/1945, Wim Ramaker en Ben van Bohemen (Kampen, Uitgeversmaatschappij J.H. Kok Matrijs, 1980). ISBN 90 242 0185 3.

Leg een bloem bij dit monument

Klik op onderstaande knop om een digitale bloem bij dit monument te leggen. Je kunt kiezen uit een rode gerbera, een witte roos of een blauwe Iris. Ook is het mogelijk om een persoonlijke boodschap toe te voegen. Nadat het formulier is verstuurd toont de bloem op deze pagina (vergeet niet om de pagina opnieuw te laden). 

Leg een bloem

Persoonlijke bijdragen van onze bezoekers

Piet de Jong | 04 mei 2018

Beste,

Mijn Opa Popke de Jong, werkzaam bij de NS als seinwisselwachter, is op 31 maart 1943 bij het Vergeten Bombardement in Rotterdam omgekomen door een aanval van Amerikaane bommenwerpers. Wij hebben geprobeerd zoveel mogelijk te achterhalen over hem. Het Algemeen Dagblad heeft daar over twee pagina's aandacht aan geschonken. De foto van mijn Opa hangt in het Rotterdams oorlogsmuseum. Mijn moeder, inmiddels 98, heeft het monument in het Rotterdam CS onthuld voor de omgekomen NS-medewerkers. Ik heb het originele Proces Verbaal van de Dienst Luchtbescherming van mijn Opa, dat hij NS-medewerker was een zwaar verminkt. Ook heb ik een scan van zijn salarisbriefje, hij verdiende 1,50 gulden per dag.

vrgr,

Piet de Jong


Heeft u een persoonlijk verhaal met betrekking tot dit monument en/of de geschiedenis waarnaar deze verwijst? Deel uw verhaal hier en help ons de herinnering aan de Tweede Wereldoorlog levend te houden.

Let op: wilt u een wijziging voor deze monumentpagina (zoals een correctie of aanvulling) doorgeven? Maak dan gebruik van de formulieren.

Heeft u een vraag of wilt u ons iets anders melden? Kijk bij de veelgestelde vragen of stuur ons een bericht.

Tooltip contents