‘Ik wil het grote verhaal klein maken’
Haar boek ’t Hooge Nest werd een enorme bestseller. Het grote voordeel daarvan, vindt schrijver Roxane van Iperen, is dat het daardoor ook gelezen wordt door mensen die niet per se geïnteresseerd zijn in de Tweede Wereldoorlog. Op die groep richt ze zich ook in haar 4 mei-voordracht. “Ik hoop dat mensen zeggen: dat heb ik nooit geweten, dit is interessant!”
Er bestaat een zekere metaalmoeheid als het over de Tweede Wereldoorlog gaat, constateert Roxane van Iperen en daar wil ze tegen vechten. “Het is een illusie dat we het nu allemaal wel weten. Dat alle verhalen nu wel verteld zijn. Het tegendeel is waar. Er wordt nog steeds volop onderzoek gedaan dat nieuwe feiten aan het licht brengt. Op basis daarvan zijn dus ook steeds opnieuw persoonlijke verhalen te vertellen die de grote verhalen inzichtelijk maken.”
Het vertellen van de kleine verhalen vindt Van Iperen een goede manier om grote gebeurtenissen te duiden. “Ik ben graag bezig met het grote plaatje. Over de oorlog wordt graag ‘hoog over’ gesproken, maar in ben ook geïnteresseerd in de vraag: wat doe jij als het erop aan komt? Die vraag zit in mijn vezels. Mijn hele leven al stel ik vragen over hoe het kan dat mensen in grote bedrijven niets durven te zeggen terwijl iedereen weet dat er op grote schaal fraude wordt gepleegd, bijvoorbeeld. Wat zijn dat voor mechanismen? Waarom spreekt niemand zich uit? Dezelfde mechanismen doen zich voor in oorlogen of conflicten. Die groepsdynamiek wil ik ontrafelen en laten zien. Voor een breed publiek leent de vorm van een ‘klein’, persoonlijk verhaal zich vaak heel goed.”
Koken met de kinderen
Toen Van Iperen een appje kreeg van Gerdi Verbeet, dacht ze eerst dat het een grap van haar vrienden was. “Die hadden wel eens plagend tegen me gezegd dat ze mij op 4 mei wel in De Nieuwe Kerk zagen staan, maar ik vond dat meer iets voor ‘later, als ik groot ben’. Daarom heb ik even gewacht met reageren. Ik ben gaan koken met de kinderen om even rust in mijn hoofd te krijgen.”
Uiteindelijk was het besluit om ja te zeggen op de vraag of ze dit jaar de 4 mei-voordracht in De Nieuwe Kerk wil verzorgen niet zo moeilijk. “Dit dient een groter belang. ”
Leuk én moeilijk
Het verhaal van ’t Hooge Nest, de zusjes Brilleslijper, het Joodse verzet en de rol van vrouwen in de oorlog komen op 4 mei zeker ter sprake. “Natuurlijk. Zonder dat verhaal had ik daar niet gestaan. Tegelijkertijd wil ik niet alleen maar vertellen wat ik al ken. Met mijn voordracht wil ik iedereen bereiken: niet alleen de mensen die al geïnteresseerd zijn in geschiedenis, maar ook de groep die zegt dat ze het nou wel weet; al die verhalen over de oorlog. Juist hen wil ik laten zien dat er nog zoveel verhalen nooit verteld zijn.”
Daarom zal haar voordracht zowel onderhoudend als informatief zijn, zegt Van Iperen. “Ieder persoonlijk verhaal heeft ook een context. Het is belangrijk om ook die kennis te hebben, zodat we parallellen kunnen trekken met andere conflicten en andere systemen. We hebben kennis nodig om te weten hoe uitsluiting werkt. Daarom heb ik in ‘t Hooge Nest ook het macroverhaal verteld, zodat je de context van die oorlog kent. Wat waren toen de stappen van systematische uitsluiting en vervolging? Mijn doel was om de lezer geboeid te laten raken door de lotgevallen van de zusjes Brilleslijper maar ook alle stappen van de Jodenvervolging te laten zien.”
Geen generatie monsters
“Ik ben geen historicus, ik heb me laten leiden door nieuwsgierigheid en daarna door fascinatie en verbazing.” Ze vindt het belangrijk om te laten zien dat er in de oorlog niet toevallig een generatie monsters leefde. “Het waren mensen in extreme omstandigheden die keuzes moesten maken. In mijn voordracht op 4 mei wil ik de theorie aan een verhaallijn koppelen. Zo wil ik mensen prikkelen en aan het denken zetten.”
Lege kerk
In 2020 was De Nieuwe Kerk tijdens de 4 mei-voordracht zo goed als leeg. Hoeveel mensen er dit jaar bij zullen zijn is nog niet duidelijk, maar voor Van Iperen is het vooral belangrijk dat de mensen om wie het gaat er bij kunnen zijn. “De overlevers, de kransenleggers en hopelijk ook de kinderen van Janny en Lien Brilleslijper die er nog zijn. Ik sta op hun schouders. Zonder hen had ik nooit op dat podium gestaan.”
Roxane van Iperen (1976) studeerde rechten in Amsterdam en werkte als advocaat en juridisch adviseur in het bedrijfsleven. Ze is freelance journalist voor onder meer Vrij Nederland, het Financieele Dagblad en Follow the Money.
In 2016 verscheen haar debuutroman Schuim der aarde. In 2018 publiceerde ze het boek ‘t Hooge Nest waarin ze de verzetsgeschiedenis van de Joodse zusjes Brilleslijper beschrijft.
Voor de Boekenweek 2021 schreef ze het Boekenweekessay De genocidefax. Wat doe jij als het er werkelijk op aankomt? dat in de zomer zal verschijnen.
Dit artikel verscheen eerder in NC Magazine nr. 19 (voorjaar 2021). Het artikel is geschreven door Linda Huijsmans, de foto is van Merlijn Doomernik / ANP.